Opinie

De helaasheid van het columns schrijven

Vandaag werd ik als columnist voor het eerst geconfronteerd met de helaasheid der dingen. Maar laat ons niet naïef zijn, het was geen onverwachte helaasheid. Eerder zoals in: het moest er ooit eens van komen. En helaasheid zoals in: helaas bestaan er nog zuurpruimen avant la lettre. Mijn opdrachtgever vraagt me - en terecht, want daar zijn columns voor - om scherp te schrijven, ja zelfs op het randje van het grove, en met een all-round humoristische toets. Humor in alle vormen, een eigenschap van het menselijk denken en de menselijke emoties. En ja, humor kan - en moet zelfs - een wapen zijn dat emoties hoog doet oplaaien.

Columns zijn een zeer aparte tak van de schrijfkunst. Zo uitzonderlijk zelfs dat de rechtspraak columnisten een grote vrijheid toekent. Een vrijheid die zich kan uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column zouden geschreven zijn, als kwetsend of beledigend zouden kunnen beschouwd worden. Met andere woorden, je mag als columnist al eens van jetje geven. Maar dat jetje niet altijd naar ieders mening een pretje is, bleek vandaag.

Ik had het in mijn column over een nu niet nader genoemde - toen wel - club aan de Gaverbeek. En ik had het ook over de plaatselijke cultfiguur, de bijna 100-jarige en in het ganse land beroemde en beruchte ploegafgevaardigde. Een man bekend om zijn oerkreten, zangtalent en ongecontroleerde danspassen. Een man die alle respect verdient, want zonder hem was de club waarvan nu verhuld sprake nog kleurlozer dan ze nu al is. Ik bestempelde de man als 'lichtjes dementerend' - een van die vele soorten humor, weet je wel - zoals in: welke volledig bij zijn zinnen zijnde oude knar hangt nu zo de zot uit?

Driewerf helaas werd dat aan de Gaverbeek niet zo begrepen. Ongeveer anderhalf uur, zolang heeft mijn column het online overleefd. Toen kwamen de klachten, de bedreigingen, de haatmails en andere onvriendelijkheden. De (zelfs aangepaste) column werd in de prullenbak gekieperd, onder druk van een fusieclub wiens trainer nauwe banden heeft met de gerechtelijke politie. Ik begrijp het dus wel. Een trainer die de scheidsrechters net niet corrupt noemde en een fusieclub wiens supporters - ze zijn niet heiliger dan de rest - de moeders van diezelfde scheidsrechters lieve koosnaampjes geven. Opgelet, want voetbaltrainers en -supporters vallen niet onder de rechtspraak der columnisten ...

Maar kom, we zullen ons goed hart laten zien. Bij deze mijn oprechte excuses aan de brave - en voor een goed begrip, nog volledig helder van geest zijnde - ouderling en al wie zich in zijn gat gebeten voelde door mijn buitenaardse humor. Excuses zoals Hugo Camps die aanbood - om de zo duurzame vrede te bewaren -  aan Paul Marchal na deze 'beticht' te hebben van het dansen op het graf van zijn dochter. Camps die ooit ook Ton Boots een schreeuwlelijk noemde die zijn vrouw dagelijks een pak rammel gaf. Boots lachte er eens goed mee. Hugo schreef ooit ook eens dat het sneeuwde in het hoofd van Co Adriaanse. Misschien had ik het ook beter zo op papier gezet ...


Wesley Muyldermans

Geen opmerkingen:

Een reactie posten